donderdag 31 maart 2011

Donderdag God, zijn Zonen en zijn nr:14 Cruijff

Ik zou vandaag graag mijn Dagtaak wijden aan Johan Cruijff. Maar ik durf niet. Ik moet eerlijk bekennen dat ik het nieuws over Johan Cruijff en Ajax probeer te begrijpen. Maar ik snap er niks meer van. Misschien dat ik het te snel probeer te begrijpen, rustig af moet wachten op de ontwikkelingen die komen gaan. Een stemmetje achter in mijn hoofd fluistert me echter toe dat dat onzin is, dat ik het geeneens moet willen begrijpen. Het is voor of tegen Cruijff, snappen wat er gaande is doet niemand, en eigenlijk doet dat er ook niet toe. Cruijff is het beeld en het voetstuk samen. Hij is een halve God, en misschien zelfs wel een hele, aldus Coronel, aftredend bestuursvoorzitter van Ajax. En God kan je niet doorgronden, per definitie niet. Ik ben Katholiek opgevoed en allang niet meer praktiserend. Maar toch, als ik per ongeluk, het is maar zelden, een vloek uit mijn mond laat komen, dan kijk ik naar boven, schuin omhoog ergens waar ik denk dat de hemel zich moet bevinden en laat op de vloek het woord "Sorry" vallen. Zoiets heb ik met Cruijff. Hij is een God uit mijn jeugd, al ben ik dan niet meer praktiserend, elke keer dat ik Zijn naam hoor gebeurt er iets. Ik kan het getal veertien niet horen of zien of ik denk aan Hem. Ik heb geen idee hoe dat nu is voor de jeugd, ik ga het eens polsen op een zaterdagmiddag, maar als ik aan zijlijn sta bij een voetbalwedstrijdje van de jeugd en een van de spelertjes draagt het nummer 14 dan kan ik niet anders dan gedurende de hele wedstrijd, waar de bal zich ook bevindt, dat spelertje te volgen. De magie van het getal. De magie van Cruijff. Het is de grote vraag wat er zou gebeuren als God zich met de dagelijkse zaken op aarde zou gaan bemoeien. Worden we daar beter van? Ook al zou hij gelijk hebben en het vanzelfsprekend beter weten. God zou zichzelf kwetsbaar maken. We zouden Hem niet begrijpen. Wellicht gaat hij de Paus ontslaan, kardinalen vervangen, de priesters de wacht aanzetten en het Heilige Schrift vervangen. God heeft het beste met ons voor, maar ook hij zal het niet in zijn eentje kunnen redden. Hij zal Godenzonen nodig hebben om zijn boodschap uit te dragen en zijn lessen te verkondigen. Apostelen zal hij nodig hebben om zijn woorden te duiden en in begrijpelijke taal over te brengen. Het liefst zie ik God in al zijn glorie met voetstuk en al boven op een troon. Als een icoon, een verre held, tot wie je je wendt als je in moeilijkheden bevindt. In gedachten en in stilte. Een God die zich verre houdt van de dagelijkse sores. Misschien heb ik het helemaal mis. En moet ik juist wel over Cruijff schrijven. En hem niet zien als een God maar als een goed en verstandig bestuurder die vanuit de rust en met een helicopterview de zaken overziet. Aanwijzingen gevend zoals vroeger op het veld, en zijn medebestuurders de juiste kant opsturend om dan zelf met een geniaal, bijna onzichtbaar loopje voor het doel te verschijnen en de bal het doel in te tikken.